Als je eens terugdenkt aan hoe je verre voorouders bewogen, was dit vaak op een lege maag. Nu eten we vaak zonder te bewegen, met allerlei natuurlijke consequenties vandien. We zijn in de tussentijd namelijk genetisch gezien onveranderd gebleven. In dit artikel lees je waarom het belangrijk is om te bewegen op een lege maag en wat voor voordelen dit heeft op jouw gezondheid én energieniveau.

Maar, ik kan toch helemaal niet bewegen op een lege motor?

Nu denk je misschien; ‘Maar ik kan toch helemaal niet bewegen op een lege motor?’. Dat klopt, maar een lege motor is iets anders dan een lege maag.

Op het moment dat je een lege maag hebt, heb je nog allerlei andere energievoorraden in het lichaam tot je beschikking die je voorzien van energie.

Met de energievoorraden doel ik op de glycogeenvoorraden. Deze energievoorraden bevatten glycogeen die snel kunnen worden omgezet in glucose. Gedurende de nacht worden deze glycogeenvoorraden aangevuld zodat je de dag kan starten met een volle tank.

Zo bevatten de spieren wel 500g aan glycogeen en de lever 100g. Pas als deze ‘brandstoftanks’ leeg zijn, schakelt het lichaam over naar vetverbranding.

Brandstoftanks in je lijf

Het lichaam heeft twee verschillende types van energieopslag. Energiedichte moleculen zoals glycogeen (suiker) en triglyceriden (vet) worden opgeslagen in de lever, spieren en vetweefsel. Een ander belangrijke energievoorraad omvat de elektrochemische ionen tussen de celmembranen. Vanwege de complexe aard, houdt ik dat in dit artikel buiten beschouwing.

Glycogeen is een groot molecuul gevormd door meerdere (tot wel 30.000) glucosemoleculen. Glycogeen is opgeslagen in de lever (10% van het gewicht), spieren (2% van het gewicht) en in kleine mate in de rode bloedcellen. Daarnaast bindt glycogeen zich met drie keer meer water dan glucose. Hierdoor kan je lichaamsgewicht gedurende 24 uur een aantal kg schommelen in gewicht afhankelijk van hoe vol je glycogeenvoorraden zijn.

De glycogeenvoorraad in de lever fungeert als een energiereserve voor de energieproductie van het hele lichaam, vooral die van het centrale zenuwstelsel. De glycogeenopslag in de spieren wordt alleen gebruikt voor de energieproductie van spiercellen. De hoeveelheid glycogeen die aanwezig is in het lichaam, wordt beïnvloedt door de lichaamsbeweging, de basale stofwisseling en eetgewoonten.

 ^{Het nut van avondeten}

Dit geeft het avondeten ook meer zin. Het avondeten sla je namelijk ’s nachts op als energie en mobiliseer je gedurende de nacht, zodat je sterk de dag kan starten. Het gaat tegen onze natuur in om gelijk te gaan eten wanneer je wakker wordt. Vanuit evolutionair perspectief moesten we namelijk eerst bessen verzamelen of een pastinaak uitgraven voordat we te eten hadden.

De wetenschap laat dit ook steeds meer zien. Zo heb je meer insuline nodig om de suikers op te slaan in de cellen als je niet bewogen hebt voor de maaltijd, wat kan leiden tot een lagere insulinegevoeligheid.

Voordeel I: Verhoogde insulinegevoeligheid

Normaal gesproken werkt dit als volgt; Een taxichauffeur (GLUT-4) krijgt een telefoontje (insuline) om zich naar de buitenkant van de cel te verplaatsen. Vervolgens rijdt de taxi naar de buitenkant van de cel om daar de klant (glucose) op te halen. Vervolgens rijdt de taxi (GLUT-4), samen met haar klant (glucose) naar een van de energiefabriekjes (mitochondriën) in de cellen. Hier stapt de klant uit om vervolgens omgezet te worden in energie (ATP) in een van de energiefabriekjes (mitochondriën).

Maar op het moment dat je gaat bewegen voor de maaltijd, hebben de taxichauffeurs geen telefoontjes meer nodig om de klant naar een van de energiefabriekjes te vervoeren. De taxichauffeurs bevinden zich al aan de buitenkant van de cel, door het rekken en strekken van de spieren. Dit komt erop neer dat je hierdoor minder insuline nodig hebt om de energie in de cel te krijgen, met tot gevolg dat je insulinegevoeliger bent. In andere woorden, je krijgt minder cravings naar zoete en zoute voedingsmiddelen gedurende de dag en hebt minder last van energiedips door te bewegen vóór de maaltijd.

Brandstof voor je brandstoftanks

Daarnaast zijn koolhydraten de belangrijkste bron voor de glycogeenvoorraad. Maar welke bron van koolhydraten kun je het beste gebruiken? Het antwoord is vrij simpel: groente en fruit. Groente en fruit bevatten in tegenstelling tot brood, pasta en rijst veel meer vitamines en mineralen, antioxidanten en vezels en nauwelijks tot geen antinutriënten. Hierdoor voed je je lichaam ook nog eens, in plaats van dat je alleen de glycogeenvoorraden aanvult. In het onderdeel Eat, lees je hier meer over, waaronder antinutriënten.

Voordeel II: Anti-ontsteking

Je kunt de spieren zien als anti-ontstekings-organen. Ze produceren namelijk anti ontstekingsstoffen, zoals interleukine-6 (IL-6). IL-6 zorgt voor een verminderde ontsteking na de maaltijd. Eten is namelijk ontsteken, doordat het immuunsysteem dat zich grotendeels rondom de darmen bevindt, moet controleren wat er de bloedbaan binnenkomt. Door te bewegen voor de maaltijd wordt de ontstekingsintensiteit verlaagt en leidt zo tot een verminderde after dinner dip.

Kortom

Kortom, beweeg wat vaker vóór de maaltijd. Het geeft je minder energiedips & cravings gedurende de dag. Daarnaast werkt het anti-ontstekend en bevorder je daarmee je gezondheid. Dit kan een plank zijn van 1 minuut, push-ups, squats tot de trap een aantal keren op- en aflopen.